De opleiding van een kind vindt niet alleen plaats binnen de muren van de school. Toen in Rotterdam-Zuid de schoolprestaties zwaar ondermaats waren, werden in het Nationaal Programma Rotterdam-Zuid maatregelen getroffen die verder reiken dan het schoolplein.

In 2011 werd het pijnlijk duidelijk: vergeleken met het landelijk gemiddelde verlieten kinderen in Rotterdam-Zuid de basisschool eerder met een vmbo-advies dan met een advies voor havo of vwo. Daarnaast zag men in het voortgezet onderwijs dat deze kinderen vaker dan gemiddeld zonder diploma van school gingen. Deze conclusies waren aanleiding voor het Nationaal Programma Rotterdam-Zuid, waarmee in zeven wijken en op 27 scholen extra wordt geïnvesteerd in leerlingen.

De maatregelen reiken verder dan de muren van het schoolgebouw. Eén van de wijken waar het om gaat is Carnisse, waar bewoners bepaald niet te spreken zijn over de leefbaarheid. In deze wijk staat OBS De Kameleon van schooldirecteur Firdevs Durgut. Voor het Nationaal Programma is ze onderdeel van het team dat zich bezighoudt met extra leertijd. We belden haar om te vragen welke vier stappen ze in Rotterdam-Zuid nemen om de kansen van kinderen te vergroten.

#1. Creëer extra leertijd

"In 2012 ging het uitvoeringsplan van start," legt Firdevs Durgut uit. "Dat begon met extra leertijd: alle scholen in de zeven wijken moesten verplicht zes uur extra leertijd aan de kinderen aanbieden. Dat is inmiddels opgeschaald naar tien uur."

Met deze extra leertijd ziet Durgut de kansen voor leerlingen vergroten. Op haar school investeert ze bijvoorbeeld vooral in sport en techniek. "Er zijn kinderen die vastlopen met taal en rekenen, maar volledig tot bloei komen wanneer ze een boormachine in hun hand hebben. Dat vind ik fantastisch om te zien."

"Daarnaast vind ik het heel belangrijk dat kinderen meer sport op onze school krijgen, omdat in Carnisse kinderen weinig in aanraking komen met verenigingsleven. Ouders maken hier vaak lange werkdagen en hebben daardoor geen tijd om met hun kind naar een sport te gaan. Of ze kunnen het financieel niet dragen. Er wordt ook weinig buiten gespeeld omdat het niet veilig genoeg is op straat."

Naast de extra leertijd en subsidies voor die extra activiteiten, werd er in de wijken gepeild wat nodig was om kansen voor kinderen te vergroten. Dat leidde tot het volgende actiepunt.

#2. Geef ondersteuning aan gezinnen

Durgut en haar team kwam erachter dat ze ouders kunnen versterken in hun rol als opvoeder. Ouders kunnen op school aangeven als ze ergens hulp bij willen, maar leraren kunnen ook een hulpvraag uitzetten. Vervolgens wordt het wijkteam ingezet, te weten hulpverleners die de gezinnen thuis kunnen ondersteunen.

"Als een kind bij ons op school komt dat moeite heeft met regels en externaliserend gedrag vertoont, gaan we eerst in gesprek met de ouders over hoe het thuis gaat. Blijkt dat het thuis ook niet goed gaat, dan kan het wijkteam bij de gezinnen helpen. De ouder krijgt dan coaching van de hulpverlener, wat overigens altijd vrijwillig is."

Hulp kan ook bestaan uit ondersteuning in het onderwijs. Een hulpverlener met een pedagogische achtergrond komt dan in het gezin om ouders te helpen met hoe ze hun kind kunnen ondersteunen met het schoolwerk.

#3. Geef kinderen een maatje

Hulpverlening is er niet alleen voor de ouders. Onderdeel van het Nationaal Programma Rotterdam-Zuid is ook het Amigo-projec, waarbij kinderen een maatje krijgen, die hen ondersteuning biedt met bijvoorbeeld angstgevoelens, problemen met sociale vaardigheden of lastigheden in hun gezin. De kinderen zien hun maatjes op school, gaan ermee in gesprek over iets specifieks of  praten gedurende een spel over wat hen bezighoudt of belemmert.

"Soms zit het kind in een onveilige thuissituatie," zegt Durgut. "Dan is het goed als het kind bij een onafhankelijk persoon zijn of haar gevoelens kan ventileren. Soms kan het kind na een paar weken weer verder op eigen kracht, soms blijft een maatje een jaar lang het kind ondersteunen. Dat ligt volledig aan de hulpvraag."

#4. Leidt kinderen op in sectoren waar werk is

Volgens Firdevs Durgut kiezen te veel kinderen voor profielen waar weinig werk is, bijvoorbeeld voor een mbo-opleiding in administratie. Dat leidt vervolgens tot werkloosheid. Onderdeel van het Nationaal Programma Rotterdam-Zuid is daarom dat leerlingen worden geïntroduceerd aan opleidingen waar in Rotterdam juist veel werk te vinden is.

"In de zorg, in de haven of in techniek is hier veel werk te vinden," zegt Durgut. "Daarom prijzen we vanuit het primair onderwijs deze mogelijkheden al aan." Leerlingen lopen sinds het Nationaal Programma een dagdeel stage bij verschillende bedrijven en gaan bijvoorbeeld op een haventrip om ze voor het werk te enthousiasmeren.

"Door het beleid te verbeteren, kunnen we kansen bieden aan de kinderen in Rotterdam-Zuid. Met de extra lesuren zorg je er bijvoorbeeld voor dat leerlingen tot bloei komen en zich verder kunnen ontplooien."

Vanwege corona werden de extra technieklessen een tijd stilgezet, iets wat door de nieuwe lockdown tot 19 januari wederom onvermijdelijk is geworden. Durgut merkt dat de kinderen daarvan balen. "Je merkt hoezeer kinderen naar de lessen verlangen. Deze investeringen in extra onderwijs zijn van onschatbare waarde."

Kijk Klassen

Elke maandag om 21:30 uur op NPO 1, en kijk aansluitend Nablijven op NPO 1 Extra. Meer weten over de serie? Ga naar de voorpagina, of lees meer.

De eerste aflevering van Klassen kijk je hier terug.