In 'YES ik ben!' onderzoekt filosoof Stine Jensen wat de kracht van positief denken is. De serie is elke zondag te zien om 19:25 uur op NPO 2. Voor Brainwash schreef ze alvast deze column.

'Ik ben bevriend met een thrillerschrijver die ervan droomt internationaal door te breken. Om zijn lot te voorspoedigen plaatste hij zijn Nederlandse boeken vast bij de afdeling Engels in de boekhandel. Noem het magisch denken, voor politici en verkopers is het handelen in de beelden van voorspoed vaste prik, van 'Yes we can!' (Obama) tot een 'plicht tot optimisme' (VVD).

In One Simple Idea: How Positive Thinking Shaped Modern Life (2016) stelt de Amerikaanse schrijver Mitch Horowitz de hamvraag: werkt positief denken? Horowitz groeide op in de jaren zeventig in een middenklasse Amerikaans gezin. Zijn jeugdervaringen leidden tot zijn zoektocht naar de zin van positief denken, omdat hij zich er hartstochtelijk aan vastklampte.

Opgewekt blijven

Zijn vader en moeder overspeelden hun hand door in een net te duur huis te gaan wonen. Vader werd werkloos, de huur werd een zorg, zijn ouders gingen scheiden, en zo brokkelde hun leven langzaam af. De jonge Mitch klampte zich vanaf dat moment hartstochtelijk vast aan de gedachte dat hij opgewekt moest blijven.

Van zijn dwangmatig opgewekte tante die devoot geloofde dat je je gemoed kon kiezen en daarmee de werkelijkheid een zetje de juiste kant op gaf, leerde hij no matter what te blijven hopen. 'I can choose to be right or to be happy' – dat had ze neergepend op een kaartje dat ze altijd bij zich hield. Horowitz vond steun in de essays van de filosoof Ralph Waldo Emerson en de Talmud: blijf geloven, blijf hopen op een beter morgen, blijf vooruit kijken.

Op latere leeftijd begon hij zich steeds meer af te vragen of positief denken er écht toe doet. 'Cotton-candy theology' of 'philosophy for dummies', sputterde zijn meer ontwikkelde intellectuele geweten tegen, want natuurlijk kun je niet de werkelijkheid met je gedachten beïnvloeden.

Tekst gaat verder na afbeelding

Zus Lotte Jensen, voetbalkeeper Hans van Breukelen en Stine Jensen

Witte-jassen effect

Het vooronderstelt dat er een relatie is tussen de voorstelling van de werkelijkheid en de werkelijkheid zelf. Natuurlijk kun je niet de werkelijkheid met je gedachten beïnvloeden – hij wist wel beter.

Bovendien zijn er ethische bezwaren tegen positief denken: een persoon wordt verantwoordelijk gemaakt voor het verloop van zijn ziekte ('als jij nou opgewekter denkt, dan voel je je ook beter!'), of krijgt het tegenovergestelde aangewreven ('jij boycot je genezing als je niet positiever denkt!').

Toch realiseerde Horowitz zich dat de kwestie ook wat ingewikkelder lag: placebo's lijken immers te werken, en ook diverse lichaam-geest therapieën leren je om je op het positieve te concentreren. Dit soort trainingen suggereren dat de relatie tussen geest en lichaam complex is: het placebo-effect is écht. Bepaalde positieve verwachtingen kunnen de uitkomst van het helingsproces gunstig beïnvloeden.

Het onderzoek hiernaar staat nog in de kinderschoenen. Zoals de Amerikaanse wetenschapsjournalist Erik Vance in zijn boek Suggestible You (2017) laat zien speelt er veel mee bij die verwachtingen: culturele achtergrond, setting, het 'verhaal' dat verteld wordt, de theatrale setting, de aandacht die aan de patiënt wordt gegeven en het zogenaamde 'witte-jassen effect'. Artsen die een witte jas dragen wekken vertrouwen.

Tekst gaat verder na de afbeelding

Is het glas half vol of half leeg?

Nocebo en placebo

Intellectuelen wijzen erop dat als positief denken waar is, het omgekeerde ook waar moet zijn: wie slecht denkt, trekt slecht aan. Daar zit een gevaarlijke kant aan, maar helemaal flauwekul lijkt dat nu ook weer niet te zijn: inmiddels is ook het nocebo-effect onderzocht in de medische wetenschap. Wie slechte verwachtingen heeft over de uitkomst, kán inderdaad bepaalde ziekteverschijnselen ontwikkelen.

Een voorbeeld is de patiënt die de bijsluiter leest en allerlei negatieve bijeffecten verwacht: soms kan die patiënt, zelfs wanneer die een placebo heeft gekregen, zich misselijk gaan voelen en andere bijwerkingen gaan rapporteren, en die ook echt ervaren.

Het nocebo-effect is overigens sterker dan het placebo-effect, en het onderzoek ernaar is lastiger om allerlei ethische redenen. Je kunt moeilijk tegen een patiënt gaan zeggen dat hij of zij heel ziek zal worden om te kijken of het nog erger uitpakt dan verwacht.

Vloek door voodoo-priester

Erik Vance beschrijft in Suggestible You hoe hij zelf probeerde het nocebo-effect te onderzoeken door een vloek over zich af te laten roepen door een Afrikaanse voodoo-priester. Hij geloofde daar niet in, en de priester waarschuwde hem er niet te lichtzinnig mee om te gaan. Op het moment dat de vloek inging veranderde er iets in zijn bewustzijn: hij werd zenuwachtig. Wat als het toch zou werken?

Aanvankelijk gebeurde er niets. Totdat zijn vrouw, die hoogzwanger was, ineens afschuwelijke krampen kreeg, en per direct naar het ziekenhuis moest. Vanaf dat moment begon Vance spijt te krijgen van de beslissing om het nocebo-effect te onderzoeken. Na enkele tegenslagen bezocht hij de priester en verzocht hem per direct de vloek op te heffen.

Terug naar mijn bevriende thrillerschrijver. Zijn boeken zijn inmiddels vertaald in het Engels. 'Het heeft gewerkt!' concludeert hij blijmoedig. Ik heb zojuist een van mijn kinderboeken tussen de griffel- en penseelwinnaars gezet in de boekhandel. Want je weet maar nooit.'

De nieuwe Human-serie YES ik ben! waarin Stine Jensen onderzoekt wat de kracht van positief denken is, is vanaf 9 juni elke week te zien op NPO 2, om 19:25 uur. Op 28 juni wordt de serie in Pakhuis de Zwijger in Amsterdam gepresenteerd. Bovenstaande tekst is een bewerking van een passage uit Stine Jensens boek Goeroes.

Ook interessant