Van actie tot reactie: wat we zien als Nederland demonstreert

PowNed interviewt een demonstrant tijdens protesten.
  • Martine Braam
  • Sophie Blok
  • Lotte van Rosmalen

Of het nu vóór is of tegen, steeds vaker wordt er in Nederland op straat geprotesteerd. Jaarlijks vinden er duizenden demonstraties plaats, waarvan verreweg de meeste rustig verlopen. Toch krijgt wie het nieuws volgt een heel ander beeld. Medialogica onderzoekt de beeldvorming rondom protest, en de gevolgen voor ons demonstratierecht.

De Nederlandse protestbeweging is springlevend, en dat is te merken voor wie op een willekeurige dag door Den Haag loopt. Volgens Nationale Ombudsman Reinier van Zutphen zegt het iets over de huidige tijdgeest. “Demonstreren en voor je mening uitkomen is heel belangrijk geworden. Als je nergens gehoor krijgt, zit er maar één ding op: de straat opgaan met je spandoek. Media hebben een belangrijke rol: zorgen dat wij weten wie op het Malieveld staat, wat daar is gezegd en waar het over ging.”

Veel meer demonstraties

“De hoeveelheid demonstraties is enorm toegenomen,” zegt Van Zutphen. In de jaren tachtig waren er enkele honderden demonstraties per jaar. Inmiddels gaat het om duizenden demonstraties per jaar. Hoewel er meer protesten zijn, leidt dat niet automatisch tot meer geweld of chaos. Het overgrote deel verloopt vreedzaam.

Een actiegroep die veel media-aandacht genereert is Extinction Rebellion. Door snelwegblokkades is de beweging de afgelopen jaren in Nederland uitgegroeid tot hét gezicht van het klimaatprotest. Martijn Dekker demonstreert sinds een paar jaar - naast zijn werk als docent aan de Universiteit van Amsterdam - bijna wekelijks. Extinction Rebellion zet zich in voor klimaatgerechtigheid, legt Dekker uit. "Ik voel gewoon echt de noodzaak om iets te doen. Ik heb het idee dat we echt heel, heel rap de verkeerde kant op gaan.”

Reinier van Zutphen bij Medialogica
© Still Medialogica

Burgerlijke ongehoorzaamheid voor meer media-aandacht

Media spelen een noodzakelijke rol om de zaken waarvoor demonstranten strijden aan het licht te brengen, legt onderzoekster Merel Driessen uit. “Demonstranten zijn zich bewust van wanneer ze waarschijnlijk meer of minder media-aandacht krijgen. Een meer spectaculaire uiting zorgt voor meer media-aandacht. Dat helpt hun boodschap verspreiden, dus daar spelen ze op in.”

Burgerlijke ongehoorzaamheid is soms ook onderdeel van protesten. “Dat is een wetsovertreding, maar altijd vreedzaam,” legt Driessen uit. “Er wordt geen geweld gepleegd. Een voorbeeld zijn de snelwegblokkades. Voetgangers mogen de snelweg officieel niet op, dus overtreden Extinction Rebellion-leden bij elke A12-bezetting de wet.”

Ook Dekker van Extinction Rebellion overtreedt de wet: “om mijn punt en doel onder de aandacht te brengen. Als de politie moet ingrijpen, is er een grotere kans dat dat in het nieuws komt. Niet alleen de arrestaties komen in het nieuws, maar meestal ook de boodschap die we proberen over te brengen. Het is dus een strategische zet."

Merel Driessen
© Still Medialogica

Doorn in het oog van de burgemeester

De demonstranten van Extinction Rebellion zoeken bewust de grenzen van de wet op in ruil voor aandacht voor hun zaak. Het is Jan van Zanen, burgemeester van Den Haag, een doorn in het oog. "Ik denk dat mensen van het demonstratierecht gebruik maken om aandacht te vragen, door zichzelf vast te plakken of de A12 te bezetten. Dat kan gewoon niet. Een demonstratie is geen vrijbrief voor het herhaaldelijk plegen van wetsovertredingen en misdrijven. Dacht u dat ik ze liet zitten daar? Geen haar op mijn hoofd. Het mag niet. Je kunt demonstreren maar niet op de A12."

Het demonstratierecht is een grondrecht. Burgemeesters hebben daarom de plicht om demonstraties te faciliteren. Zij kunnen beperkingen opleggen, bijvoorbeeld een andere plek aanwijzen omdat de verkeersveiligheid in gevaar komt. Als demonstranten toch de weg opgaan, laat de burgemeester hen verwijderen door de politie.

Ombudsman Reinier van Zutphen legt verder uit: “Het is dus niet zo dat je niet op de A12 mag zitten met je demonstratie. Maar het kan zo zijn dat het bevoegde gezag [de burgemeester bijvoorbeeld] terecht zegt: ik stel daar grenzen aan want het verkeer komt in gevaar. De rechter houdt daar toezicht op. Het Openbaar Ministerie kan zaken voorleggen, of de bestuursrechter, als de burgemeester ingrijpt. Zo hebben we het georganiseerd.”

De inhoud sneuvelt door de overlast

Het valt onderzoekster Driessen vaak op dat bij berichtgeving over een protest de mogelijke hinder wordt benadrukt. “Dit noemen we securitisation. Dan wordt er met een veiligheidslens gekeken, terwijl de inhoud van het protest onderbelicht blijft. Er wordt meer gekeken naar de risico's die het met zich mee zou brengen, bijvoorbeeld de files die een wegbezetting veroorzaakt. Door te focussen op die hinder hebben we het ook niet meer over waar het protest daadwerkelijk over ging.”

Extinction Rebellion haalt vaak het nieuws, maar hun ordeverstorende acties kunnen ook tot irritatie leiden. En ook de politie uit in de media kritiek. Nina Kooiman is voorzitter van de Nederlandse Politiebond. Haar bezwaren richten zich niet zozeer op actievoerders, maar op de hoeveelheid politieagenten die voor demonstraties worden ingezet. “Er zijn echt demonstraties waarvan je denkt: fijn dat we van tevoren aanwezig zijn. Bij de demonstraties van Extinction Rebellion denk ik nog wel eens: hebben we een kanonskogel voor een mug hier ingezet? We hadden wel andere taken die we beter hadden kunnen oppakken. Zij kiezen ervoor om een snelweg op te wandelen. Laat ze gewoon zitten en bel maar als het escaleert. Dan is er ook minder massaal media-aandacht voor.”

Nine Kooiman
© Still Medialogica

Tussen straat en scherm: wat we zien in het nieuws

Ombudsman Van Zutphen ziet in de kranten en in actualiteitenrubrieken op televisie vooral demonstraties die uit de hand lopen. “Daardoor is de beeldvorming op dit moment: een demonstratie loopt eigenlijk altijd uit de hand. Het beeld ontstaat dat demonstratierecht en geweld bij elkaar horen, terwijl dat per definitie niet bij elkaar hoort.”

Met dat verschil tussen beeld en werkelijkheid dat Van Zutphen hier constateert, is ook NOS Nieuws veel bezig. Giselle van Cann, hoofdredacteur van NOS Nieuws, legt uit: “De waarheid is dat een ongeluk meer nieuws is dan wanneer een trein veilig is aangekomen. Dat geldt ook voor demonstraties. Wij zijn niet bezig met: welke demonstraties zijn er allemaal in Nederland? Nee, je kiest vanuit het nieuwsbeeld. En je weet van tevoren niet wat er gaat gebeuren bij een demonstratie. Als er veel rellen zijn dan is dat een nieuw feit. En ja, dat is dan ook sneller nieuws.”

Giselle van Cann
© Still Medialogica

Cijfers over protest: feiten tegenover beeldvorming

Journalist Bart de Koning nam voor onderzoeksplatform Follow the Money de cijfers rondom demonstraties onder de loep. Er worden ongeveer 7000 demonstraties per jaar aangemeld, “maar veel protesten worden niet aangemeld”. Daarvan zijn veel demonstraties klein. “In ongeveer 3% van de gevallen is er sprake van een incident. Daaronder vallen bijvoorbeeld wildplassen, geluidsoverlast, brutaal zijn tegen een agent. Van die 3% gaat het slechts in 3% van de gevallen echt om agressie en geweld. In tien jaar tijd zijn dat maar 144 gevallen.”

Bart de Koning
© Still Medialogica

Het demonstratierecht onder druk

Het demonstratierecht is de laatste jaren gepolitiseerd geraakt. Demonstreren is geen neutraal burgerrecht, maar zélf een onderwerp van debat. Als een protest uit de hand loopt of de politie hard optreedt, volgen er vrijwel direct Kamervragen. Ministers worden ter verantwoording geroepen, en partijen gebruiken incidenten om hun eigen visie op orde, vrijheid en gezag uit te dragen.

Die politisering maakt het voor bestuurders complexer: wat bedoeld is als grondrecht voor iedereen, wordt al snel gezien door de bril van partijpolitiek. Sommige partijen vinden dat burgemeesters te streng optreden, anderen juist dat ze te toegeeflijk zijn. Zo raakt het gesprek over hoe er wordt gedemonstreerd verweven met waarover er wordt gedemonstreerd.

'Demonstreren en de mogelijke ellende ervan zijn normaal'

Het demonstratierecht staat ook onder druk door nieuwe voorstellen, zoals beperkingen op gezichtsbedekkende kleding. Ombudsman Van Zutphen stelt echter dat burgemeesters al voldoende mogelijkheden hebben om in te grijpen onder de huidige wet. “Wij moeten onze collega-burgers leren dat demonstreren normaal is en dat het normaal is dat je daar soms ellende van ondervindt. Als een burgemeester wanordelijkheden constateert, kan hij al maatregelen nemen.” De wet is volgens Van Zutphen onnodig. “En als die wet er eenmaal is, beperkt die ook goedlopende demonstraties. Daar ben ik beducht voor.”

Voor Van Zutphen is het meer dan alleen de straat op of een spandoek ophouden: “Het is beschermen wie je bent, ook in situaties waarin je in de minderheid bent. Dat vind ik echt een ongelooflijk belangrijk uitgangspunt wat ons onderscheidt van alle andere vormen van regeren. Dat is de essentie van onze samenleving.”

Jan van Zanen, burgemeester van Den Haag
© Still Medialogica

Daar is Jan van Zanen, burgemeester van Den Haag, het mee eens. “De Wet openbare manifestaties is eigenlijk wel goed, daar moet je niet aan morrelen. Het gaat in 97% van de gevallen gewoon helemaal goed. Het doet soms zeer. Het schuurt. Maar ik vind het heel mooi dat het kan.”