Het gesprek begon met een voorbeeld van filosoof Daan Roovers. In het begin van de coronacrisis werd Roovers uitgenodigd voor een brainstorm met communicatiedeskundigen. De naleving van de maatregelen begon wat te verslappen. Binnen die brainstorm werd geopperd strategisch angst te injecteren in de publieke opinie. Het bracht Clairy bij de vraag: Wat is de rol van de media in het beïnvloeden van de publieke opinie?
Dat begint volgens Denker des Vaderlands Daan Roovers al bij het maken van een beeld. Als voorbeeld noemt ze hoe verschillende foto's van dezelfde situatie beïnvloeden hoe druk je denkt dat het buiten was. "De plek die je inneemt, het perspectief, beïnvloedt al de kop die boven het stuk komt," zegt Roovers.
Onlangs startten ook de verhoren omtrent Obamagate. Een aantal grote Amerikaanse zenders heeft besloten om die verhoren niet live uit te zenden. "Op een gegeven moment hebben ze gedacht: laat die Trump maar met z'n mediaframes. We doen daar gewoon niet aan mee," legt Roovers uit.
Media dragen dus in grote mate bij aan wat we te zien krijgen, en ook hoe, door middel van selectie. Gedragswetenschapper Reint Jan Renes sluit zich aan bij Roovers: "Media denken na over wat aandacht trekt, en dan geef je aandacht die niet altijd terecht is." Filosoof Herman de Regt vult aan. "Of je laat een discussie zien die niet belangrijk is."
Volgens De Regt spelen sociale media een steeds grotere rol in hoe mensen hun mening bepalen. Filosoof Jongepier: "Je hebt daar een totaal andere controle over wat gepubliceerd wordt, en hoe dat in goede banen geleid kan worden." Bovendien, zo legt Jongepier uit, kan je bij een krant nog kiezen door welke krant je mening gevormd wordt, terwijl je op sociale media afhankelijk bent van het algoritme.