'Als je anderen niet kan vergeven, zal je nooit in vrijheid leven', wist een wijs man. Hoe zat het ook al weer met.. Nelson Mandela?

Zonder verzoening geen vrijheid, vond Nelson Rolihlahla Mandela (1918- 2013). Maar kun je ooit je onderdrukkers vergeven? Het zal wel moeten, want alleen dán kun je weer samen een nieuwe natie opbouwen. Dat besef had Mandela toen hij zijn cel op Robbeneiland uitliep. ‘If I didn’t leave my bitterness and hatred behind, I would still be in prison.’

bloedbad

Mandela werd in 1994 de eerste democratisch gekozen president van Zuid-Afrika, na de bloedige jaren van Apartheid. Het woord is synoniem aan de raciale segregatie en discriminatie die blanke ‘Afrikaners’ – nazaten van Nederlandse, Duitse en Franse kolonisten – vanaf 1948 tot 1990 in Zuid-Afrika in stand hielden. Zwarte ‘Afrikanen’ hadden geen stemrecht, mochten zich alleen in afgegrendelde zones ‘vrij’ bewegen en hun mensenrechten werden structureel geschonden. Mandela was toen al een vrijheidsstrijder, maar nog niet het icoon van de vrijheid dat hij later zou worden.

Toen vreedzame protesten in 1960 tot een bloedbad leidden, koos hij voor gewelddadige sabotage: hij blies bruggen, telefoonnetwerken en militaire doelen op. Omdat hij nauw samenwerkte met communisten, zagen westerse staten in zijn ANC (Afrikaans Nationaal Congres) een terroristische organisatie. De CIA gaf zelfs de gouden tip die tot zijn arrestatie leidde.

Tijdens het strafproces in 1964 was het Mandela die het Westen aan de eigen idealen moest herinneren. ‘I have fought against white domination and I have fought against black domination. I have cherished the ideal of a democratic and free society in which alle people live together in harmony and with equal oppurtunities. It is an ideal I hope to live for and to achive. But if needs be, it is an ideal for which I am prepared to die.’

Zijn woorden maakten een onuitwisbare indruk, maar voorkwamen niet dat hij werd veroordeeld tot levenslang op Robbeneiland. Tijdens zijn 27 jaar in gevangenschap gaf Mandela zijn droom van een gelijkwaardige samenleving nooit op. Terwijl het geweld buiten de muren van zijn cel escaleerde, probeerde hij zich in te leven in de wereld van zijn tegenstanders. Zo leerde hij de taal van zijn cipiers - dezelfde gevangenisbewaarders die later aanwezig zouden zijn bij zijn inauguratie als president.

Toen hij onder druk van de internationale gemeenschap en een dreigende burgeroorlog in 1990 werd vrijgelaten, bleef hij strijdvaardig. Maar hij koos tegelijk voor verzoening in plaats van vergelding. Hij wilde zowel de onderdrukten als de onderdrukkers bevrijden. Dat lijkt onvoorstelbaar na zoveel jaren gevangenis. Was dit een naïef idee van naastenliefde? Nee, het was Mandela duidelijk geworden dat de blanke ‘Afrikaners’ hun banden met de oude koloniale machten hadden verloren. Ze zouden dus in Zuid-Afrika blijven. Een land alléén voor zwarte ‘Afrikanen’, zoals elders in Afrika het vrijheidsideaal was geweest, kon slechts tot genocide leiden. Mandela was een realist en, nog belangrijker, hij belichaamde een oud-Afrikaanse en tegelijk diep humanistische levenswijsheid: ubuntu.

Ubuntu

Dit zoeloe-woord betekent: ik ben mens in relatie tot andere mensen. Voor mijn ontplooiing ben ‘ik’ aangewezen op een ‘jij’ en een ‘wij’. Dat betekent ook: we zijn mede verantwoordelijk voor elkaars vrijheid en humaniteit. Voor Mandela had geen mens volledige vrijheid zolang een medemens nog in ketens is. Om dezelfde reden sprak hij de taal van verzoening.

De diepgaande, onderlinge verbondenheid tussen mensen geldt namelijk niet alleen voor vrienden of welgezinde wereldburgers, maar ook – of juist – voor daders en slachtoffers. Waarom? Omdat de dader zijn slachtoffer als mens heeft beschadigd – en daarmee ook zichzelf. Voor hun heling, voor herstel van hun humaniteit, zijn ze beiden aangewezen op verzoening. Dat betekent niet acceptatie van de misdaad, maar wel wederzijdse erkenning en rehumanisering van de ander als medemens, als persoon met wie je deze wereld deelt.

Dat is geen sinecure. Vergeving en verzoening laten zich niet afdwingen. Zuid-Afrika stond in 1990 dan ook voor de kolossale vraag in hoeverre vergeving en verzoening mogelijk waren na al het geweld en de trauma’s door het apartheidsregime.

Waarheid en verzoening

Daarom stelde Mandela in 1995 een beroemd geworden commissie in, zodat de harde waarheid van het verleden aan het licht kon komen, de keten van vergelding zou worden doorbroken en de overgang naar een gedeelde toekomst mogelijk zou kunnen worden. Slachtoffers van het geweld van beide kanten konden bij deze ‘waarheids- en verzoeningscommissie’ hun verhaal doen. Wie mensenrechten had geschonden werd uitgenodigd te bekennen; voor zover de misdaden politiek waren gemotiveerd, werd de straf kwijtgescholden. Nooit werd de ‘groep van misdadigers’ aan de schandpaal genageld, want dan zou niets zijn geleerd. Door dit beleid is Zuid-Afrika niet meer de politiek verscheurde natie die het was, ook al heeft Mandela de sociaal-economische kloven in zijn land niet kunnen dichten.

Maar als voorbeeld overstijgt hij landgrenzen. “Alleen het ‘onvergeeflijke’ roept echt om vergeving”, zei de Franse filosoof Jacques Derrida ooit. Wie vergeeflijke daden vergeeft, schenkt de ander niets, maar doet gewoon wat je van elkaar mag verwachten. Mandela laat zien dat waar vergeving écht nodig is, ze een nieuw begin voor iedereen inluidt.