Op 1 november 2019 presenteerde het Planbureau voor de Leefomgeving de Klimaat- en Energieverkenning. In dat rapport is te lezen wat de stand van zaken is wat betreft het halen van de Nederlandse klimaatdoelen. Ongenuanceerde conclusie: we halen het niet. Hoe dat zo?

Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) rapporteert jaarlijks wat het effect is van het beleid van de overheid, en onderzoekt in welke mate de doelen gehaald worden. Dit jaar was de ongenuanceerde conclusie: we halen de doelen voor 2020 en 2050 niet. Maar in die conclusie, en het rapport (240 pagina's) is ruimte voor nuance. 

Dat het PBL dit rapport moet opstellen is bepaald in de Klimaatwet. Het PBL noemt dit rapport 'De klimaat- en energieverkenning', kortweg KEV. Het rapport verscheen vrijdag 1 november, en verschijnt vanaf nu elk jaar. 

De Nederlandse overheid streeft naar een aantal belangrijke klimaatdoelen. Zo zijn er VN-verdragen, waarin met de hele wereld is afgesproken de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. CO2 is zo'n broeikasgas, maar ook methaan en lachgas vallen onder die noemer. Het meest recente verdrag is het VN-Klimaatakkoord van Parijs, waar Donald Trump zich uit terugtrok. De afspraak daarin: in 2030 moet de EU gezamenlijk minimaal veertig procent minder broeikasgassen uitstoten. 

Nederland heeft eigen landelijke doelen gesteld. Zo moeten we in 2050 uiteindelijk 95 procent minder broeikasgassen uitstoten, ten opzichte van 1990. Om dat doel te bereiken heeft de overheid een tussendoel gesteld: 49 procent minder CO2-uitstoot in 2030.

De rechter besliste in 2015 bovendien dat de overheid meer moet doen om de uitstoot van broeikasgassen te beperken. De Staat moet ervoor zorgen dat de uitstoot in Nederland in 2020 ten minste 25 procent lager is dan in 1990. Dit werd in 2018 bevestigd in hoger beroep. Urgenda had de rechter om deze uitspraak verzocht, en dit doel is zodoende bekend komen te staan als het Urgenda-doel. 

Bent u er nog?

Mooi, want naast de doelen die uitstoot betreffen, wil het kabinet ook een doel halen wat betreft energie. Eind 2020 moet veertien procent van de verbruikte energie duurzaam zijn opgewekt, en moet ons totale energieverbruik honderd petajoule lager zijn dan in 2013. 

Halen we de klimaatdoelstellingen van 2020?

De rechter heeft bepaald dat de uitstoot van broeikasgassen tenminste 25 procent lager moet zijn in 2020, ten opzichte van 1990. Als alles meezit, halen we een reductie van 26 procent in 2020. Maar dan moet wel echt alles onwaarschijnlijk meezitten.

Dat is van veel dingen afhankelijk, zoals hoe snel we overschakelen op elektrisch rijden, en bijvoorbeeld de gasprijs. Een halve cent verschil in de gasprijs kan al megatonnen uitstoot betekenen. Als alles tegenzit, halen we een uitstootreductie van negentien procent in 2020. Het PBL houdt rekening met 23 procent besparing, mooi in het midden, maar wel onder het doel van 25 procent.

Maar er zijn meer doelen vastgesteld voor 2020, zoals de energiedoelen. We moeten minder energie verbruiken met ons allen, namelijk honderd petajoule minder ten opzichte van 2013. Eén petajoule staat gelijk aan het jaarverbruik van ongeveer 15.000 mensen - stroom en gas. Er is dus een hoop besparing nodig. Het PBL denkt dat we eind 2020 een besparing van tachtig petajoule hebben gehaald. Doel ook niet gehaald, dus.

Bovendien moet veertien procent van onze energie uit hernieuwbare bronnen komen, zoals zon en wind. Dat is een Europees doel. Ook dat doel halen we waarschijnlijk niet. Volgens het PBL komt ruim elf procent van onze energie eind volgend jaar uit hernieuwbare bronnen.

Dat klinkt niet best. Zijn er überhaupt klimaatdoelstellingen die we wel halen? En hoe kan het dat we de doelstellingen niet halen?

Tekst gaat door na afbeelding

Hajar Yagkoubi, jongerenvertegenwoordiger bij de VN, riep direct na 'De staat van het klimaat' op tot verandering. "Wat we vooral niet mogen vergeten is dat we de aarde niet erven van onze voorouders, maar lenen van onze kinderen."

Hernieuwbare energie in 2023

In 2023 is een volgend doel, uit het Energieakkoord, afgesproken binnen Nederland. De bedoeling is dat we dan zestien procent van onze energie uit hernieuwbare bronnen halen. Dat halen we volgens het PBL wél. De laatste jaren stijgt het aandeel hernieuwbare energie, mede dankzij windparken op zee.

De besparing loopt op tot 25 procent in 2030. Onze elektriciteitscentrales op gas hoeven dan alleen nog maar aan als de zon niet schijnt en de wind niet waait. Het aantal kolencentrales daalt sowieso.

Overigens speelt op de elektriciteitsmarkt ook dat het uitmaakt hoeveel stroom we exporteren of importeren. Importeren we stroom dan is de uitstoot van Nederland lager. Wekken we meer op dan we gebruiken, en exporteren we stroom, dan stijgt onze uitstoot. Ook al gebruiken we die energie niet binnen Nederland, het telt wel voor onze balans.

Hoe goed de kerncentrales in België draaien, en welke maatregelen bijvoorbeeld Duitsland neemt wat betreft hun bruinkoolcentrales is dus van invloed op de uitstoot die wij als Nederland hebben. Daarom heeft de EU ook gemeenschappelijke doelen gesteld om uitstoot te verminderen. Daarover later meer.

Tekst gaat door na afbeelding

De Hemwegcentrale in Amsterdam stookt op kolen en is nu nog een van de grootste uitstoters van Nederland. De centrale sluit uiterlijk 31 december 2019. Het terrein waar de Hemwegcentrale staat wil eigenaar Vattenfall houden. Het moet een hub worden van duurzame energievormen als biomassa, zonnepanelen en waterstof.

Op naar 2030

Het volgende belangrijke doel waar het PBL in deze rapportage op focust, is een vermindering van de uitstoot van broeikasgassen met maar liefst 49 procent in 2030. Met het beleid dat op 1 mei 2019 bekend was, denkt het PBL dat we een besparing van tussen de 28 en 39 procent gaan uitkomen. Bij lange na niet genoeg.

Veel van de maatregelen op de langere termijn moeten nog worden uitgewerkt door de overheid. Hoe gaan we bijvoorbeeld om met het subsidiëren van elektrisch rijden na 2025? Die onduidelijkheden zorgen voor een wat slechter toekomstperspectief wat betreft vermindering van uitstoot.

De EU heeft daarnaast als doel om 2030 de broeikasgasuitstoot met veertig procent terug te brengen. Dat lijken we ook niet te halen. Maar het doel dat de EU heeft gesteld voor het terugbrengen van uitstoot binnen de zware industrie en de energiesector lijken we dan weer wel te halen. 

Dit klinkt als een hoop doelen die we wel of niet gaan halen. Hoe zit dat?

Tekst gaat door na afbeelding

Ook Tata Steel in IJmuiden, zware industrie, staat nog in de top-10 van grootste uitstoters van broeikasgassen in Nederland.

Broeikasgassen, CO2, methaan, lachgas...

Het PBL heeft ook gekeken naar de verschillende broeikasgassen, en hoe het gaat met de reductie van de uitstoot van elk gas. Broeikasgassen als methaan en lachgas zijn spectaculair gedaald. Uitstoot van methaan door vuilstort is bijvoorbeeld met 82,5 procent gedaald, en de uitstoot van lachgas in de industrie is met ruim 77 procent gedaald. Hoopvol dus.

Maar de uitstoot van het bekendste broeikasgas CO2 is vrijwel gelijk gebleven. In 2017 was die uitstoot nog even groot als in 1990. Dat schiet dus niet op. Maar het is wel CO2 waar nu de grootste reductie moet plaatsvinden, volgens Pieter Boot, sectorhoofd klimaat van het PBL.

Na 2017 begint de uitstoot van CO2 wel iets te dalen. Dat moet ook wel, want bij die andere broeikasgassen hebben we het makkelijkste wel gehad, legde Boot afgelopen week uit aan de Tweede Kamer. Hier moet het dus gebeuren.

In de elektriciteitssector en in 'de gebouwde omgeving' - zeg maar bestaande gebouwen - is de daling ingezet. Maar in de transportsector zitten we nog met een probleem. Daar verwacht het PBL in 2030 evenveel uitstoot van CO2 als in 1990. Ook in de landbouw daalt de uitstoot van broeikasgassen wel, maar de uitstoot van CO2 niet. "Dit geeft wel te denken," volgens Boot.

Tekst gaat door na afbeelding

Uitstoot door vuilnisbelten zoals deze in Yemen, hebben we in Nederland nauwelijks meer. Daardoor is de uitstoot van methaan bijvoorbeeld met 82,5 procent gedaald.

Was biomassa niet een behulpzame oplossing?

In de toelichting die het PBL gaf aan de Tweede Kamer, legde Michiel Hekkenberg uit dat er wat spraakverwarring was ontstaan over biomassa. Het klopt dat biomassa meer CO2 uitstoot, als je alleen kijkt naar wat er uit de pijp komt boven zo'n centrale. Maar het is een complex systeem, waarbij de boel iets genuanceerder ligt. 

Hoewel in Europa nu is afgesproken dat biomassa geen CO2 uitstoot, en dus niet meetelt voor de CO2-uitstoot van een land, is er in Nederland wel een zogenoemde 'joint fact finding' opgestart. Hiermee wordt geprobeerd om uit te zoeken wat nu echt de feiten zijn. Ondertussen doet onderzoeksbureau CE uit Delft ook onderzoek naar wat er tot dit moment in de wetenschappelijke literatuur bekend is over biomassa. 

Dat biomassa een rol zal moeten spelen in de energietransitie lijkt wel duidelijk, maar deze studies moeten beter zicht geven op hoe dat dan moet. Het inzetten als kleinschalige energievoorziening in een wijk, lijkt bijvoorbeeld niet het beste idee, zegt Hekkenberg. Dan gaat het niet alleen om uitstoot van CO2, maar ook van andere schadelijke stoffen. Wellicht zijn er daar betere alternatieven, aldus Hekkenberg.

Tekst gaat door na afbeelding

Deze elektriciteitscentrale in Gelderland stookt op kolen, gemengd met biomassa. Doordat biomassa niet meetelt als CO2-uitstoot, heeft deze centrale minder uitstoot dan een centrale die alleen op kolen wordt gestookt.

Dringend advies van het PBL

Ook als het kabinet de doelen niet haalt, helpen ze wel richting geven aan het beleid. Immers, als je niets hoeft te doen is de druk om dan ook wat te gaan doen niet zo groot. Het PBL vraagt het kabinet dan ook door te blijven werken. 

Want veel maatregelen zijn nog onduidelijk. Zoals die elektrische auto's en de subsidiëring daarvan, of het elektriciteitsnet geschikt maken voor een groter aanbod vanuit parken met zonnepanelen.

Hoe de besparing er in 2050 uit gaat zien, als het uiteindelijke einddoel is om 95 procent minder broeikasgassen uit te stoten in Nederland, is voor het PBL daarom nog moeilijk te voorspellen. Wel adviseert het PBL het kabinet om maatregelen goed doordacht te nemen. De tijd dringt. Halve maatregelen vertragen dan meer dan dat ze opleveren. En de verandering gaat al zo langzaam, blijkt uit de KEV van dit jaar.

Human blijft volgen wat Nederlanders doen voor een beter klimaat. Ook op de hoogte blijven? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief. Al 40.000 anderen gingen je voor.

Meer over klimaat