In Wat blijft horen we, aldus Coen Verbraak, "verhalen over overledenen, bedoeld om ons eigen levensvuur aan te blazen." Verbraak schreef erover voor ons HUMAN Magazine.

Zo op het oog is het een heel gewone piano. Een tikjeaftands zelfs; de zwarte lak aan de buitenkant begint al op verschillende plekken los te laten. Op Marktplaats zou hij nog geen tweehonderd euro opbrengen. Toch is het voor mij een instrument uit duizenden, want het is de piano van Frans Halsema. Ik kreeg ’m acht jaar geleden van zijn laatste levenspartner Ria Groeneveld. Met deze piano toerde Halsema door Nederland met Ik, ik en nog er ’s ik, zijn eerste soloprogramma nadat hij de samenwerking met Gerard Cox had opgezegd.

Ik speel er bijna dagelijks op, omdat het voor mijn gevoel een bezield instrument is. Zoals een vulpen naar iemands hand gaat staan, raak je via de toetsen van een piano ook even de vingertoppen aan van degene die er vroeger op speelde; dwars door de tijd heen. En Halsema zette de piano letterlijk naar zijn hand. Omdat zijn theaterprogramma in het donker begon – hij begon al met pianospelen voordat het toneellicht aanging – bestreek hij de middelste twee C’s met fluorescerende verf, zodat hij zich zonder licht op de toetsen kon oriënteren.

Frans Halsema werd maar 44 en is al bijna veertig jaar dood, maar als ik ’s avonds het licht in de huiskamer uitdoe, knipoogt zijn piano nog naar me. Als een stille herinnering aan een bijzondere cabaretier met een fabelachtig mooie stem. Op zulke momenten realiseer ik me: dat is dus wat er van iemand overblijft – een piano, een paar liedjes en een handvol verhalen en herinneringen. Vooral die verhalen houden mensen levend.

Herinneringen en verhalen vormen de basis van Wat blijft, de nieuwe podcastserie die HUMAN afgelopen oktober presenteerde. Daarin worden mensen geportretteerd die nog maar kortgeleden zijn overleden; van componist Louis Andriessen en voetballer Wim Suurbier tot politiek strateeg Erik van Bruggen en taalkundige Pieter Muysken. Stuk voor stuk het beluisteren meer dan waard, omdat ze de luisteraar via de verhalen van ooggetuigen en dierbaren meenemen in levens van bijzondere mensen die het waard zijn om herinnerd te worden.

HUMAN-hoofdredacteur Marc Josten verwoordde dat bij de lancering van de podcastserie treffend: "Humanisten moeten een leven opbouwen zonder opperwezen. Die moeten een voorbeeld vinden in zichzélf, en zich herkennen in andere mensen. We hebben behoefte aan voorbeeldfiguren. Omdat mensen op zoek zijn naar inspiratie, naar betere versies van zichzelf."

Wim Suurbier

De verhalen in Wat blijft – vastgelegd door Clairy Polak, Floortje Smit, Tom Reijner, Arno Gnocchi en mijzelf – zijn nadrukkelijk géén hagiografieën of heiligenportretten; het gaat vaak ook over rafelranden en schuurplekken. Want doden zijn namelijk net mensen. Zelf mocht ik cabaretier Jeroen van Merwijk portretteren. Daarvoor sprak ik met cabaretrecensent Patrick van den Hanenberg, cabaret-collega Diederik van Vleuten en Jeroens tweelingbroer Vincent.

Ontmoetingen die indruk op me maakten, zeker het gesprek met Vincent, die ongekend eerlijk over zijn broer sprak. Hij had hem heel lang ‘een klootzak’ gevonden, vertelde hij. "Als hij niet mijn broer was geweest, had ik er weinig mee te maken gehad." Want Jeroen was jarenlang alleen vervuld geweest van zijn eigen besognes. Een werkelijk gesprek op basis van wederzijdse uitwisseling zat er niet in. Toch kwamen de broers in het laatste jaar tot elkaar.

Vincent ging bij elke chemo mee naar het ziekenhuis. Dan zat hij naast het bed, terwijl zijn broer aan het infuus lag. "Dat was fantastisch. Eigenlijk zeiden we niet zo veel, maar voelden we heel erg de verbondenheid die altijd vanzelfsprekend was geweest." Natuurlijk vraag je je tijdens het maken van zo’n podcast soms af wat de hoofdpersoon er zelf van gevonden zou hebben.

Jeroen van Merwijk interviewde ik in maart 2020 nog voor NRC, toen hij nog maar net wist dat hij ongeneeslijk ziek was. Hij hoopte in elk geval dat hij na zijn dood niet vergeten zou worden, zei hij toen. Hij was daar wel enigszins gerust op. "Het is, om met Reve te spreken, gezíén. Het is niet onopgemerkt gebleven. Ze kunnen later over mij zeggen: hij heeft meegedaan. Jeroen van Merwijk is er gewéést."

Jeroen van Merwijk

Wat blijft bestaat nu nog uit zes afleveringen. Binnenkort komen er in totaal nog achttien portretten bij, uiteenlopend van K. Schippers en Eberhard van der Laan tot Sandra Timmerman en Sien Diels (uit Sesamstraat). Hoe verschillend ook, het zullen meeslepende, indringende en soms onthutsende verhalen zijn, over bekende en onbekende mensen. Mensen die soms worstelden met het leven, maar in elk geval kleur gaven aan het bestaan. Dat levert verhalen op om je aan te laven, om van te leren en over na te denken.

Dat is exact de kern van Wat blijft: het zijn verhalen over overledenen, bedoeld om ons eigen levensvuur aan te blazen. Wie niet in een hemel gelooft weet dat een mens na zijn dood vooral voortbestaat in wat anderen nog over hem of haar vertellen. In die zin is Wat blijft een kleine hemel in verhalen. Zoals Bram Vermeulen ooit zong: "Dood ben ik pas, als jij mij bent vergeten."

Dit artikel verscheen in het HUMAN Magazine. Vrienden van HUMAN ontvangen dit op de deurmat. Nog geen vriend? Meld je aan!