Even los van de feitelijke kennis, begint het bouwen van zekerheden al vroeg. Mijn nichtje van vier was onlangs jarig. Ik vroeg haar wat ze voor haar verjaardag wilde hebben. Ze had bij de speelgoedwinkel in het dorp een mand gevuld, en de genodigden van het feest konden langs die winkel om de kado's te kopen die zij van tevoren had uitgezocht. Zo zou ze op haar verjaardag krijgen waarnaar ze verlangde. Omdat ik mijn nichtje alles gun wat ze wil, was ik al ongeveer onderweg naar die winkel tot een vriendin zei: 'Dat moet je niet doen. Je moet haar om leren gaan met verrassingen. Anders raakt ze nu al gewend dat alles gaat zoals zij het heeft bedacht. Zo werkt het leven niet. Ze moet om leren gaan met het onverwachte. Bovendien creëert een cadeau dat jij haar zelf wil geven een vertrouwensband. Zij leert omgaan iets te krijgen wat ze niet per se wilde en ook dat jij geeft wat je te geven hebt.'
Ik dacht aan mijn eigen kindertijd en dat ik mijn beste vriendin altijd een cadeau gaf dat ik zelf zou willen hebben. Ik mocht geen plastic van mijn vader en moeder. Al mijn speelgoed was van hout. Ik gaf de vriendin wat ik zelf graag zou willen hebben: G.I. Joe-poppen, robots en vrachtwagens.
Pas later heb ik begrepen dat die vriendin die cadeaus niets aan vond, maar zag dat ik zo gelukkig werd van het feit dat ik haar kon geven waar ik zelf naar verlangde dat ze er niets van durfde te zeggen. En dat ze het later als liefde is gaan zien. Omdat ik haar gaf wat ik zelf wilde hebben is ze me bovendien beter gaan begrijpen; het bracht haar dichter bij mijn belevingswereld.
Dus laatst gaf ik de hoogleraar, de moeder van die vriendin waarbij ik me zo'n idioot voel, een boek van Clarice Lispector. Ze nemen me in dat gezin inmiddels iets serieuzer omdat ik weleens in de krant sta. Ze zei dat ze het zou lezen met haar leesclub die geheel bestaat uit Neerlandici. Belezen mensen. Mensen die dan toch in ieder geval van zichzelf zouden zeggen dat ze het leven wel onder de knie hebben.
Niet veel later ontving ik een mail van haar met een leesrapport. Niemand uit de leesclub had ook maar iets van Clarice Lispector begrepen. Ze hadden haar cijfers gegeven. En die cijfers waren niet best. Aan de toon van de mail te lezen nam die moeder mij het zelfs kwalijk haar met Lispector opgescheept te hebben.
En voor het eerst in mijn leven voelde ik dat ik iets was ontstegen: dat de wereld van de kennis en de feiten en de cijfers een platte begrensde wereld is. En dat ik niets heb om me voor te schamen. Dat mijn niet-weten een veel groter gebied omvat dan ik ooit had gedacht. Of zoals G.H., het hoofdpersonage uit De Passie volgens G.H., met een schok beseft als ze een kakkerlak doodplet tussen de deur: ik ben van dezelfde drabbige stof. En die is even goddelijk of hels als die van een kakkerlak. Als je alle kennis weghaalt is iedereen gelukkig gelijk. En als je dat weet, weet je alles.