De Amerikaanse documentairemaker Matthew van Dyke, vele malen bekroond om zijn werk, vecht momenteel in Syrië tegen IS. Hij traint daar christelijke milities, die het opnemen tegen de oprukkende eenheden van IS.

Reden van zijn militante optreden is gelegen in zijn vriendschap met James Foley en Steven Sotloff, de eerste westerse gijzelaars die werden onthoofd. Van Dyke besloot niet langer toe te kijken en zijn steentje bij te dragen, aldus de website van de EO.

Na de onthoofding van zijn collega's en vrienden James Foley en Steven Sotloff, wilde hij niet langer toekijken naar de gruwel van de Islamitische Staat - die hij 'de gesel van de mensheid' noemt - en besloot hij zelf het heft in handen te nemen. 'Als je in iets gelooft, dan moet je naar buiten gaan en iets doen in plaats van gewoon je duim op te steken naar de tv vanuit je sofa", zei hij volgens USA Today.

Werken in oorlogsgebied is de documentairemaker Van Dyke niet vreemd. Hij deed het verschillende malen en won er prijzen mee.

Tussen 2007 en 2011 reisde de ex-journalist met de motor door het Midden-Oosten en Noord-Afrika. In Libië sloot hij zich aan bij de opstand tegen toenmalig dictator Muammar Khadaffi en was hij een tijdlang krijgsgevangene. Veel van de beelden die hij maakte, zijn gebruikt in de documentaire 'Point of Shoot' (2014), een samenwerking met regisseur Marshall Curry. De film won onder meer de prijs voor Best Documentary op het Tribeca Film Festival in 2014 en de Special Jury Prize for Documentary op het Independent Film Festival of Boston.

Veel werk van Van Dyke is op YouTube te zien. Hier de trailer van zijn bekroonde documentaire Point and Shoot:

Een avonturier, maar ook een held van deze tijd.