Tijdens de verkiezingen in 2008, waarbij de Democraat Barack Obama won van Republikein John McCain, maakte een team van communicatiewetenschappers van de Universiteit van Amsterdam een analyse van de berichtgeving in Nederlandse dagbladen. Ze bestudeerden 870 artikelen, onder meer uit de Volkskrant en het NRC Handelsblad.
In de Amerikaanse verkiezingen neemt de huidige Republikeinse president Donald Trump het op tegen Joe Biden, de Democratische leider. Ook in ons land berichten media ontzettend veel over de tweestrijd. Amerikadeskundige Koen Petersen vindt dat onze media te vaak de Democratische kant kiezen. Klopt dat?
Vooral conflictnieuws
Ze onderscheiden verschillende invalshoeken: inhoudelijk nieuws (over bijvoorbeeld belastingen, sociale zekerheid en gezondheidszorg), nieuws over steun en kritiek (conflictnieuws) en nieuws over succes en falen (wedstrijdnieuws). Maar liefst 59% van het nieuws was gericht op conflictnieuws.
De onderzoekers concludeerden dat er vooral aandacht was voor de poppetjes en niet voor de inhoudelijke aspecten van de campagne. Maar ze nuanceren: “Het gaat om een verkiezing in het buitenland. In een land met een tweepartijenstelsel waarbij de keuze sowieso al meer uitgaat naar een persoon die het land kan leiden, dan naar een partij die een coalitie zal aangaan met andere partijen om een regering te vormen. Iets wat in Nederland het geval is.”
Obamania
Ze bevestigen ook dat er destijds sprake was van Obamania in de Nederlandse dagbladen. “De dagbladen waren over het algemeen heel positief over Obama. De Democraten, met Obama voorop, kwamen vooral met succesverhalen in het nieuws. Waar sommige dagbladen in hun eigen oordelen nog positief waren over McCain, werd dit gemiddelde naar beneden gehaald door de beoordelingen van Sarah Palin. Ze werd in het begin nog onthaald als belangrijke troef voor de Republikeinen, maar al snel werd zij als schlemiel neergezet in de verschillende kranten.”
Zorgen over Nederlandse berichtgeving
Terug naar de huidige verkiezingen. Trump krijgt veel aandacht van de media. “Na de verkiezing van 2016 vroegen Amerikaanse media zich af of ze Trump, door hem zoveel in beeld te brengen, geholpen hebben aan het presidentschap.” Koen Petersen is Amerikadeskundige en schreef verschillende boeken over de Amerikaanse politiek. Hij maakt zich zorgen over de Nederlandse berichtgeving. “Er lijkt veel sprake te zijn van vooroordelen, met de neiging om de kant van de Democraten te kiezen.”
Het Nederlandse publiek wordt door deze Democratische voorkeur niet altijd goed bediend door de media, vindt Petersen. “Nederlandse media berichten wel correct, maar niet gebalanceerd. We zijn gewend te denken dat het idioot is om op een Republikein te stemmen. Terwijl het in Amerika ongeveer fiftyfifty is.”
Volgens Rens Vliegenthart, hoogleraar Media en Samenleving aan de Universiteit van Amsterdam, is dat niet verbazingwekkend. “Het overgrote deel van de Nederlandse politieke partijen staat veel dichter bij de Democraten dan bij de Republikeinen. Als je naar de standpunten kijkt, zie je dat zelfs een partij als de VVD dichterbij de Democraten staat dan bij de Republikeinen.”
Weinig verschil tussen Europese en Amerikaanse kranten
Schrijven Nederlandse media dan zo anders dan de Amerikaanse? In 2018 deed Vliegenthart met twee collega’s onderzoek naar de verschillen tussen Amerikaanse en Europese media. Dat verschil blijkt helemaal niet zo groot.
Ze vergeleken berichtgeving in veertien kranten over de verkiezingen in 2008 en 2016 in de Verenigde Staten en zes Europese landen. Ze vonden weinig structurele verschillen tussen de Amerikaanse kranten en de Europese. “Een negatief beeld van de belangrijkste kandidaten, en van de campagne in het algemeen, komt in alle kranten vaker voor dan een positieve," zegt Vliegenthart. "De inhoudelijke dekking is relatief laag. In 2008 scoorden Amerikaanse kranten iets hoger op inhoudelijk nieuws, maar in 2016 waren er weer geen verschillen.”
Petersen merkt daarbij op dat de meeste Amerikaanse kranten gunstiger staan tegenover Democraten dan Republikeinen. "Zo werd de Democratische presidentskandidaat Hillary Clinton in 2016 met endorsements gesteund door veel meer kranten en tijdschriften dan Donald Trump."
Aapjes-kijken bij Republikeinen
Correspondenten uit verschillende Europese landen gaven in eerder onderzoek van Vliegenthart aan dat ze hun dag starten met het lezen van bijvoorbeeld The New York Times. "Maar de gemiddelde Amerikaan leest deze niet.” Amerikadeskundige Petersen herkent het beeld. “Je ziet vaak dat correspondenten in grote steden wonen en zich begeven in een Democratisch klimaat. Als ze dan vervolgens in naar het Republikeinse platteland gaan voor verslaggeving, wordt het bijna een beetje aapjes-kijken.”
Vliegenthart vraagt zich af waarom Nederland zo geobsedeerd is door de Amerikaanse presidentsverkiezingen. “Ze krijgen een mythische status. Onze cultuur is enorm op de Verenigde Staten gericht. Het Amerikaanse politieke systeem leent zich heel goed voor media-aandacht. De tweestrijd duurt lang, er zijn veel campagnemomenten en een heleboel peilingen.” Genoeg stof voor spannend conflict- en wedstrijdnieuws dus.
Weinig inhoudelijke berichtgeving
Voor Amerikanen zijn er wel degelijk argumenten om op Trump te stemmen, zegt Petersen. “Onder kiezers is bijvoorbeeld veel goedkeuring voor Trumps opstelling ten opzichte van China. Aan de redenen om op Trump te stemmen wordt minder aandacht besteed. Zo krijg je als Nederlandse krantenlezer geen volledig beeld."
Van de berichtgeving over de Amerikaanse verkiezingen is een relatief klein deel inhoudelijk nieuws. Er gaat dus inderdaad weinig aandacht naar de standpunten van Trump. “Maar er gaat überhaupt weinig aandacht naar inhoudelijke zaken," aldus Vliegenthart. “Het gaat vooral over hoe Trump zich gedraagt. Wat zijn nu echt de inhoudelijke tegenstellingen tussen de twee kandidaten? Ik kan het je niet vertellen. Ja, de klassieke tegenstellingen tussen Republikeinen en Democraten, maar je leest er heel weinig over.”
Het opvallende karakter van Trump
Vooral de context van de verkiezingen bepaalt het werk van journalisten. “De verkiezingen in 2008 gingen vooral over de economische crisis en de inspirerende Afro-Amerikaanse politicus. In 2016 gaven journalisten meer aandacht aan de atypische Donald Trump: een politiek buitenbeentje wiens campagne heeft geleid tot enthousiaste maar ook agressieve reacties. De berichtgeving was dat jaar ook negatiever," schrijft Vliegenthart in het onderzoek.
Petersen gelooft niet dat Trump in essentie zo anders is dan sommige van zijn voorgangers. “Zo was Nixon ook erg uitgesproken over zijn afkeer naar de media. Het taalgebruik van Trump lijkt soms misschien wat hard en expliciet, maar de Amerikaanse campagnes zijn al sinds het eind van de18de eeuw hard."
Het verschil is de inzet van massamedia. “Trump passeert de traditionele media en regelt zijn eigen informatievoorziening, die vaak weer wordt overgenomen door andere media. Het is een belangrijke manier om berichtgeving te beïnvloeden en om zijn boodschap bij een groot publiek te krijgen,” zegt Vliegenthart. Petersen: “Trump veroorzaakt vaak twijfel. Hij gebruikt media op een hele andere manier dan we gewend zijn.”
In het kort
Ja, Nederlandse media kiezen vaker de kant van de Democratische Partij als ze over de Amerikaanse verkiezingen schrijven. Maar niet meer dan sommige Amerikaanse kwaliteitskranten. Zorgelijker is het gebrek aan inhoudelijke berichtgeving. Media mogen zich wellicht wat minder laten meeslepen door het wedstrijd- en conflictnieuws en zich minder focussen op de persoon achter de presidentskandidaten.