In de slotaflevering van De Publieke Tribune ging Coen Verbraak in gesprek met burgervaders en burgermoeders over de dillema's van hun vak.

Burgemeesters zijn sleutelfiguren van elke stad of dorp en groeiden tijdens de coronacrisis uit tot misschien wel onze belangrijkste bestuurders. We verwachten veel van hen. Ze moeten dicht bij het volk staan, maar ook boven de partijen. Ze moeten zorgzaam zijn voor alle burgers, maar ook hard optreden zodat wij rustig kunnen slapen.

Vier belangrijke inzichten uit het gesprek met burgervaders en burgermoeders op een rijtje.

#1. Het troosten staat onder druk van het handhaven

Burgemeester Henri Lenferink (PvdA, Leiden) is duidelijk: in zijn ogen is het burgemeesterschap sterk verbonden met het domineeschap. Lenferink: "Als er vroeger iets ernstigs in de samenleving gebeurde, straalde de dominee de gezamenlijkheid uit, om met elkaar te rouwen of met elkaar iets te beleven. Die groep waar de dominee vroeger voor stond is te klein geworden, waardoor er nu eigenlijk nog maar één symbool over is: de burgemeester."

Als voorbeeld noemt Lenferink de nasleep van de aanslagen in Parijs in januari 2015. "Toen ging een enorme emotie door de samenleving. Ook bij ons was er toen ineens een enorme demonstratie uit de grond gestampt. Iedereen wilde samenzijn. Dan laat je als burgemeester heel veel mensen spreken. Maar men verwacht dat jij degene bent die zegt dat wij samen rouwen, en dat we laten zien dat wij ons dit niet laten overkomen. Om tegelijkertijd ook juist de islamitische gemeenschap in de samenleving in te sluiten op zo'n moment."

Burgemeester Jos Wienen (CDA, Haarlem) valt bij: "Ik kan me nog heel goed herinneren dat ik zelf ook contact had met vertegenwoordigers van de islamitische gemeenschap. Die voelden zich verloren. Op dat moment kun je ze als burgemeester erbij halen en op die manier kun je eraan bijdragen dat dingen maatschappelijk niet verkeerd lopen."

En toch: "Door corona zijn we wel wat verloren, want we zijn het afgelopen jaar vooral handhavers. Daar heb ik wel moeite mee," aldus burgemeester Pieter Broertjes (PvdA, Hilversum). "In het begin was dat nog samen, maar het laatste half jaar zie je toch: we moeten boetes uitdelen, we moeten straffen, we moeten optreden tegen demonstraties. Die troostende rol krijg je bijna niet meer."

Tekst gaat door onder de video

#2. We vragen niet alleen veel van burgemeesters, maar ook van hun omgeving

Dat het burgemeesterschap niet altijd over rozen gaat, weet burgemeester Jos Wienen (CDA, Haarlem) als geen ander. Hij werd sinds 2019 zwaar beveiligd na ernstige bedreigingen aan zijn persoonlijk adres. Het huis van Wienen in het centrum van Haarlem werd dag en nacht bewaakt, politie surveilleerde op straat en rond het huis werden beveiligingscamera's opgehangen.

Ondanks dat het nu weer beter gaat en die acute dreiging is gaan liggen, blijft die periode uit het leven van Wienen nog altijd nagalmen. Wienen: "Het heeft zware repercussies. Want niet alleen ik moest mijn huis uit, maar ook mijn partner. Dat is iets dat nog heel lang effecten heeft. Je organiseert je leven op een andere manier dan je eigenlijk het liefst zou willen."

Tekst gaat door onder de video

#3. De lijn tussen volgzaam en rebels zijn is dun

In hoeverre mag je als burgemeester tegen het beleid van de rijksoverheid in gaan? Het blijkt een lastig punt tijdens het gesprek in De Publieke Tribune. Want hoe ga je als burgemeester om met van hogerhand opgelegde maatregelen waar je het eigenlijk niet mee eens bent?

Burgemeester Pieter Broertjes (PvdA, Hilversum) is van mening dat we zo langzamerhand uit een ander vaatje zouden moeten tappen wat betreft de coronamaatregelen. "We zitten vooral in die medische dogmatiek. Ik vind dat we in het veiligheidsberaad niet de ruimte nemen om te zeggen dat het virus niet alleen is gemuteerd, maar ook de crisis. Van een gezondheidscrisis naar een sociaal-maatschappelijke crisis. Daar krijgen we maar geen vat op. En dan zegt de minister-president: 'Ik baal er ook van, maar het kan niet anders, punt. Jullie moeten handhaven en verder je kop houden.' Dat systeem, daar ben ik wel een beetje klaar mee."

Tekst gaat door onder de video

#4. Burgemeesters zijn geen duizenddingendoekjes

Tijdens de coronacrisis lijken burgemeesters soms wel te zijn geëvolueerd tot een soort superburgemeesters. Ze zijn in staat om via noodverordening te besturen en staan via de veiligheidsregio's in direct contact met het kabinet.

Hebben burgemeesters niet teveel macht? Wat burgemeester Liesbeth Spies (CDA, Alphen aan den Rijn) betreft niet. Spies: "Je moet natuurlijk wel altijd op een goede manier van deze bevoegdheden gebruik maken. ik vind eigenlijk dat we zo langzamerhand best kritisch mogen zijn op het steeds verder optuigen van onze taken en verantwoordelijkheden. We zijn geen duizenddingendoekje. Onze portefeuille moet niet groter worden dan hij nu al is. We hebben echt genoeg mogelijkheden om onze huidige taken te kunnen uitvoeren. Die instrumententas hoeft niet steeds verder gevuld te worden."

Tekst gaat door onder de video

Dit is ook interessant