"Existentiële eenzaamheid zou ik definiëren als het fundamentele gevoel waar we allemaal een stuk mee te maken hebben. Het is het lot van de mens. U wordt geboren, u wordt uit de moedersschoot gestoten en daar staat u dan, naakt in het bestaan. Het enige wat we kunnen doen is dan goed verbonden zijn, liefdevol en zorgzaam verbonden zijn met onze medemens. Dat is de enige manier om die existentiële eenzaamheid, die een gegeven is, te counteren. Die wordt nooit helemaal opgelost. Dat is altijd weer een spanningsveld.
Als men met sociale eenzaamheid bedoelt dat mensen alleen en dus niet in familiale band of in relatieverband zijn, dan is dat iets anders dan het subjectieve gevoel van nergens terecht te kunnen. Als mensen die alleen wonen zich goed voelen en bij anderen terecht kunnen als er iets is, is dat geen probleem. Dat is geen eenzaamheid, dat is alleenigheid. Ik gebruik dat woord, omdat daar ook 'lenigheid' in zit. Men kan flexibel omgaan met die status.
Het is de eenzaamheid die geen mogelijkheid geeft tot contact leggen. De ervaringsdeskundigen in De Publieke Tribune definieerden dat ook goed. Die eenzaamheid voelt heel negatief, geeft aanleiding tot depressie, maakt zelfs ziek. Daar moeten wij als maatschappij iets aan doen. In de psychiatrie worden wij overspoeld met vragen waar eenzaamheid de rode draad vormt. Over alle psychopathologische beelden heen - depressie, angst, psychose, verslaving, vermoeidheid, noem maar op - zie ik eenzaamheid terugkomen als een thema."