Dirk de Wachter, psychiater en schrijver in HUMAN Magazine.

Nee, hij is geen moralist, en begrijp hem goed, hij heeft niks tegen festivals of party’s of ander amusement. 'Maar als plezier het enige doel in het leven is, dan hebben we een probleem', zegt psychiater en schrijver Dirk de Wachter. Want het leven is niet alleen maar leuk en vaak verdomd lastig. ‘De kunst van het leven is dan ook de kunst van het ongelukkig zijn.’

'Objectief kunnen we stellen dat we het nog nooit zo goed hebben gehad, in dit hoekje van de aardbol. We leven in een tijd zonder armoede, zonder oorlog, zonder kindersterfte. Materieel hebben we alles wat we ons kunnen wensen. Het paradijs zou je zeggen. En toch worden we ziek. Massaal! We lijden met z’n allen aan depressie, aan burnout. Iedereen naar de therapeut, iedereen aan de middelen. Antidepressiva, kalmeringsmiddelen, marihuana, om maar het hoofd boven water te houden.' Dirk De Wachter schudt zijn hoofd. 'Het is de interessante paradox van deze tijd, het duivelse dilemma: hoe worden we gelukkig in een tijd die ons alles te bieden heeft en tegelijkertijd niets?'

De Wachter (58) is psychiater-psychotherapeut en hoofd systeem- en gezinstherapie aan het Universitair Psychiatrisch Centrum van de KU Leuven. In zijn particuliere praktijk in Antwerpen behandelt hij veel patiënten, daarnaast is hij opleider en supervisor in verschillende centra in binnen- en buitenland. Tijdens ons gesprek benadrukt hij meerdere malen dat hij niet als een dominee wil klinken, niet als een pastoor, hij is geen  moralist. Maar toch, hij kan er niet onderuit: hij heeft een boodschap. En die vertelt hij met ogen die doordringend in die van jou kijken, met grote armgebaren en een stem die af en toe uitschiet, in een taal die helder is maar de retoriek niet schuwt. Aan kranten en tijdschriftjournalisten, op festivalpodia, voor de radio en op tv. Want Dirk De Wachter is een populaire psychiater geworden sinds hij schrijft over wat hem bezighoudt.

Zijn boek Borderline times (2012) werd een bestseller, evenals Liefde, een onmogelijk verlangen? (2014), waarin hij vaststelt dat de liefde in tijden van crisis verkeert. In zijn laatste boek, De wereld van De Wachter (2016), gaat hij op zoek naar de zin van het bestaan. Hij zegt: 'Wij zijn ongelooflijk snel geseculariseerd in Vlaanderen en in Nederland. Met de kerk is ook de zingeving weggevallen. We zijn niet langer hier op aarde om het paradijs in het hiernamaals te verdienen. We scharrelen wat rond en proberen er nú wat van te maken. Voor veel mensen is dat moeilijk. Vooral in die perioden dat het lastig gaat in het leven. Op die momenten komen ze bij mij. Dan zeggen ze: "Dokter, wat moet ik doen, ik voel me niet goed. Geef mij een pil zodat ik mij zo rap mogelijk weer beter voel."'

De maakbare leukigheidswereld

De scheidslijn tussen zijn psychiatrische patiënten en de ‘gewone’ patiënten die De Wachter in zijn spreekkamer ziet, is dunner dan je zou denken. 'Uiteindelijk gaat het altijd om mensen die tegen een muur aanlopen, die met verdriet te maken hebben, met verlies, met tegenslag, met het tekort van het bestaan. En zodra de lastigheid in het leven sluipt, verschijnt de vraag naar de zingeving. Zolang de leukigheid overheerst is er niks aan de hand. Dan dansen we van festival naar festival …' Hij zwijgt. 'Nogmaals, ik heb niks tegen festivals, niks tegen party’s, wereldreizen, amusement. Maar als plezier het enige doel in het leven is, dan hebben we een probleem. Dat we met z’n allen massaal burn-out raken - want het zijn niet alleen de twintigers en dertigers, maar ook de veertigers en vijftigers - heeft niet te maken met dat we zo hard moeten werken, welnee, we werken minder hard dan onze ouders en grootouders deden. Wél met het gevoel van zinloosheid, dat we niets bijdragen aan de wereld, dat het allemaal zo niks is. We voelen ons leeg en onbestemd, juíst omdat we alle vrijheid hebben. Mensen hebben een grens nodig, een norm ten opzichte waarvan men zich vrij kan bewegen. Maar we bewegen  ons in een soort van vacuüm, men zwemt in het niets. De vrijheid is de norm geworden. Er worden geen grenzen meer gesteld.

Misschien maakt dat ook wel dat de twintigers van nu zo ongelukkig zijn. We maakten prinsjes en prinsesjes van hen. Verwenden hen extreem en verwarden dat met liefde. We riepen: "Ge kunt alles! Ge mag alles! Als het maar leuk is! Als ge maar gelukkig wordt! Ge kunt alle studies van de wereld doen! Alle jobs krijgen!" Maar dat is natuurlijk helemaal niet waar. Die vrijheid is een illusie. De maakbare leukigheidswereld die hun is voorgespiegeld, bestaat niet.'

De kunst van het leven is dan ook, zegt De Wachter, de kunst van het ongelukkig zijn. 'We moeten leren leven met de lastigheid die zo eigen is aan het aardse leven. Als  uw baas vervelend is, als het werk niet lukt, als uw moeder zeurt, als uw lief vervelend is, als uw kinderen niet slagen ... In die lastige momenten toont het leven zich. Niet in het bubbelbad op een tropisch eiland.'

Laten we elkaar zien

Ook in een goede relatie zijn er lastige momenten, zegt hij. Sterker: het is juist in die lastige momenten waarop de liefde zich toont. 'Hadden we geen lastigheden, dan hadden we geen liefde nodig. Dat is de paradox. Juist in de moeilijke momenten heb je nood aan die ander. Ik zie de liefde in brede zin: de betekenisvolle ander kan ook je buurman zijn of je schoonmoeder of een vriend.'

Zijn ogen boren zich in de mijne. 'Ik las een column van u, over uw voormalige schoonmoeder. U gaat bij haar op bezoek, u bezorgt een bejaarde dame een prettige middag. Op zich stelt het niks voor, maar dáár gaat het over, over de kleine dingen die betekenis geven. Iets voor een ander te betekenen, daardoor ontleen je zin aan het leven. En het is niet zuiver altruïstisch, welnee, ook u gaat bij haar weg met een goed gevoel, waarschijnlijk beter dan wanneer u van een festival komt. Via de achterdeur komt de vreugde binnen. Dasein ist Mitsein, zegt Heidegger. Mit einander sein. We hebben de ander nodig en die ander heeft mij nodig - ik ben niet voor niks systeemtherapeut geworden.'

Wat daarbij heel belangrijk is, zegt hij, is kwetsbaarheid. 'De kwetsbaarheid om te durven zeggen: "Ik kan dit niet alleen." Mijn god, wat vinden we dat moeilijk. Terwijl: there is a crack in everything.'
Hij haalt de filosoof Emmanuel Levinas aan. 'Levinas zegt: "Alleen door de blik van de ander ontsnap je uit de beklemming van het zijn. De goddelijkheid verschijnt in de blik van de ander." Dat vind ik zo waar!'.
Bliksemende ogen. 'Maar dan moet je elkaar ook écht willen ontmoeten. Het is zo wezenlijk: we hebben nood aan echt en hecht contact. De likes en de hartjes op sociale media zijn fijn, maar af en toe moet u iemand zien. Face à face. Wilt u de streling voelen. Iemand in de ogen kijken. Dus moet u niet blijven appen en facebooken, maar zeggen: "Het is droog, het café op de hoek is open, laten we elkaar zien. Menslief, ik heb u nodig."'