Was er een moment waarop je een belangrijk inzicht kreeg?
“Ja. Bij de training van 113Online zeggen ze tegen de vrijwilligers: wij gaan jullie niet leren om zelfmoordgedachten weg te maken. Dat is voor mij een sleutelzin in de documentaire. Bij 113 werken geen hulpverleners in de klassieke zin van het woord. Het zijn vrijwilligers, supermensen die luísteren, zonder oordeel. Je hoeft hen niet gerust te stellen dat je hen met jouw gedachten en gevoelens lastigvalt.
Ik realiseerde me: het belang van luisteren geldt voor veel momenten in het leven, ook als het om andere onderwerpen gaat. Als iedereen deze training zou doen, zou dat veel oplossen.”
Maar toch kan niet iedereen er van worden weerhouden om een eind te maken aan zijn of haar leven. Luisteren helpt dus niet altijd?
“De ambitie van psychiater Jan Mokkenstorm, directeur van 113Online, is dat niemand in Nederland alleen en eenzaam hoeft te sterven. Dat er altijd iemand is die luistert. De gesprekken halen de beller of mailer uit een cirkel. Het kan hun gedachten een beetje ontwarren. Het brengt rust, waardoor mensen minder paniekerig denken dat er maar één oplossing is.”
Hoe vonden de researchgesprekken plaats?
“Sommige mensen heb ik gezien, andere heb ik bijvoorbeeld alleen maar via de chat gesproken. Bijvoorbeeld een meisje van 16 dat zei: ik ga het vannacht doen. Daar heb ik natuurlijk wel wakker van gelegen. Ik heb ook wel eens een psychotherapeut gebeld van 113Online en gezegd: ik weet niet of de mensen die ik heb gesproken nog leven. Het was zwaar, soms nam ik dan ook wel eens een week vrij.”
Uiteindelijk vertellen vier mensen hun verhaal in de documentaire. Hoe gaat het nu met hen?
“Anna heeft een reeks elektroshocks achter de rug. Zit nu op een gesloten afdeling en mag bijna naar huis. Het gaat echt beter met haar. Ze geeft niet op.
Voor Erik, de man die in scheiding lag, was het motief om mee te doen dat de opnames hem in ieder geval twee weken langer in leven zouden houden. Met hem gaat het heel wisselend. De laatste keer dat ik hem sprak, ging het slecht.
Sylvia en Inger waren aanwezig op de première. Met beiden gaat het goed. Sylvia heeft therapie gehad en is vrijwilligerswerk gaan doen, dat heeft haar heel veel gebracht. Ze kan iets betekenen voor anderen. Voor beiden was de film een mogelijkheid om hun ouders en partner nog beter uit te leggen hoe het zit met hun zelfmoordgedachten. Met dit document wilden ze laten zien: zo zit het.”
Twee dagen voor de première had schrijver Joost Zwagerman een einde aan zijn leven gemaakt. Wat voor invloed had dat op de sfeer?
“Het was World Suicide Prevention Day. Door de dood van Zwagerman bespeurde ik in de zaal een nog grotere behoefte om iets te begrijpen van het thema. Wat gebeurt er op zo'n moment in iemands hoofd?”
Hoe is het nu met die vriend van wie je niet wist dat hij zelfdodingsgedachten had?
“Goed. We hebben het er nu met enige regelmaat over. Omdat dat kan. Hij weet dat ik niet zal zeggen: doe het niet. Dat heb ik te danken aan het maken van deze film. Ik begrijp beter waarom hij het niet aan de meeste anderen vertelt. Hij heeft het gevoel dat hij ze ermee belast, ze ongerust maakt. En sommige mensen nemen het heel persoonlijk: 'Zijn wij niet de moeite waard om voor in leven te blijven?'. Het bezorgt hem een nog slechter gevoel over zichzelf. Omdat ze zo schrikken en het zo persoonlijk opvatten.”