8 mei
Clairy: Zeg mondkapje, waar ga je heen?
Gisteren heb ik voor het eerst een mondkapje uitgeprobeerd. Het ademde niet echt lekker en het voelde alsof er iemand voortdurend z’n hand op m’n mond legde om te proberen me het spreken te beletten, maar allebei wende op den duur.
In de tram voelde ik me bekeken. Hoewel het er steeds drukker wordt, was ik de enige met een mondmasker, dat overigens meer dan de helft van je gezicht bedekt. Ik vroeg me plotseling af of de wet, die het dragen van gezichtsbedekkende kleding in onder meer het openbaar vervoer verbiedt, nog wel houdbaar is.
Ik begrijp overigens helemaal niets meer van het mondkapjesbeleid. In treinen, bussen en trams moeten vanaf 1 juni verplicht mondkapjes worden gedragen. Het kabinet gaat dat niet faciliteren, zei premier Mark Rutte woensdag en medische kapjes zijn vanwege de schaarste niet toegestaan. Maar andere kapjes werken niet of veroorzaken zelfs extra risico en schijnveiligheid, hoorden we tot voor kort. Nu kunnen we een boete krijgen als we dat risico willen vermijden. Zélf mondkapjes maken werd tot voor kort sterk afgeraden, maar nu aangemoedigd. En waarom pas die verplichting over een kleine maand? Waarom niet meteen?
Behoefte aan nieuwe frames
De frames, het gebruik van specifieke taal om de juiste emoties aan te wakkeren, waarmee premier Rutte en de zijnen hun boodschap in de strijd tegen corona zo succesvol over het voetlicht brachten, verliezen langzaam hun kracht. Het gemeenschappelijk idioom dat zich langzaam in ons brein heeft verankerd, vertoont zwakke plekken nu de anderhalvemetersamenleving in veel sectoren praktisch niet werkbaar blijkt te zijn. Het nieuwe normaal roept steeds meer weerstand op. Het blijkt makkelijker de boel intelligent te vergrendelen dan open te stellen. De ene sector voelt zich achtergesteld bij de andere.
Daarom heeft Rutte een nieuw frame bedacht: de evenwichtsbalk. Dat beeld moet ervoor zorgen dat we er allemaal van doordrongen raken dat we zoekende zijn naar een balans in de strijd tegen het coronavirus. Een evenwicht tussen het laten vieren van de teugels en zelfbeheersing. Benieuwd of het werkt.