Toen Mark Rutte zijn eerste persconferentie hield over de coronacrisis, stond gebarentolk Irma Sluis nog niet aan zijn zijde. Het was Rick Brink in zijn officieuze rol als minister van Gehandicaptenzaken die daar verandering in bracht. We spraken hem over de coronacrisis, de banenmarkt voor mensen met een beperking en hij raadt het boek van Marc de Hond aan: Licht in de Tunnel.

Rick Brink (35) werd geboren met osteogenisis imperfecta, een vorm van brozebottenziekte. Daardoor is hij niet groter dan 1,04 meter geworden en doordat hij makkelijk iets breekt, is hij afhankelijk van een rolstoel. 

In de zomer van 2019 werd Brink verkozen tot minister van Gehandicaptenzaken, een officieuze ministersrol opgezet door KRO-NCRV. Hij zou nog minister blijven tot aan de verkiezingen in maart, maar afgelopen december maakte Brink kenbaar dat hij stopt als minister van Gehandicaptenzaken en bij de KRO-NCRV aan de slag gaat als adviseur inclusie. Daarnaast is Brink Directeur Belangenbehartiging bij Stichting Studeren en Werken op Maat.

Vanwaar deze switch?

"Het thema inclusiviteit vraagt veel aandacht, dat zie je bij alle omroepen. Je moet nu het momentum pakken om inclusie echt vorm te geven. Je kunt verandering bewerkstelligen door een minister van Gehandicaptenzaken te kiezen, maar je kunt dat ook op allerlei andere thema’s doen.

We willen inclusiever worden in onze content, maar ook als organisatie. Omroepen zijn ook gewoon bedrijven, daar moeten ook mensen met een beperking werken. Daar gaan we de komende tijd hard aan werken. Bijvoorbeeld door met alle HR-managers van de omroepen te gaan praten over de banenafspraak.

We gaan werken aan programma's die echt gaan over bijvoorbeeld de talenten van mensen met een beperking. Daarnaast willen we bereiken dat we anders leren kijken naar de talenten van mensen met een beperking."

Rick Brink bij de KRO-NCRV.

Hoe kijk je anders naar mensen met een beperking?

"Als je mensen met een beperking in een programma uitnodigt, dan gaat het vaak over de beperking. Ik heb het er wel eens over gehad met Marc de Hond. Hij zei: “Elke keer als ik in een programma verscheen, dan ging het altijd over die dwarslaesie. Terwijl ik ook gewoon een succesvol ondernemer ben, ik heb meningen over de politiek, ik heb bepaalde kennisgebieden.” 

Daarom heb ik De Koffer van Rick gecreëerd, een database met zeventig talenten – die toevallig ook een beperking hebben. Als je die mensen positioneert in de media, dan ga je anders kijken naar mensen met een beperking.

In die database zit bijvoorbeeld een bewegingswetenschapper, die goed weet wat beweging doet ter preventie van corona. Zij heeft er laatst iets over gezegd in het AD, dan leer je anders kijken naar mensen met een beperking. We zien deze mensen te vaak als zorgvragers, en te weinig als volledige medeburgers."

Welke barrières merkte je zelf op de arbeidsmarkt?

"Meer dan fysieke uitdagingen zijn de grootste barrières die ik tegenkwam vooral de vooroordelen die mensen hebben. Ik heb bijvoorbeeld in de zakelijke dienstverlening gewerkt. Het werk ging me goed af, maar als er iets misging dan zeiden mensen snel: 'Zie je nou wel, het kan toch niet'. Mensen met een beperking moeten zichzelf bewijzen, veel meer dan mensen zonder beperking.

Het voordeel van mijn handicap is: ik hoef niks uit te leggen. Mijn rolstoel is heel zichtbaar, dus als ik ergens kom, dan weten mensen heus wel dat ze even de stoelen aan de kant moeten schuiven of een ramp voor de deur leggen. Voor iemand met een onzichtbare beperking is dat veel lastiger. Als je bijvoorbeeld een autistische stoornis hebt, dan worden mensen vaak onderschat – of juist overschat."

In de serie De Wasstraat hebben we het over mensen met een 'afstand tot de arbeidsmarkt'. Wat vind je van deze term?

"Terminologie in dit soort materie is altijd heel lastig. Toen ik minister van Gehandicaptenzaken werd zeiden mensen: 'Gehandicaptenzaken, wat een waardeloze term'. Maar het is wel duidelijk. Mensen weten meteen wat je bedoelt. Dat is met ‘afstand tot de arbeidsmarkt’ ook zo.

De eigenaar van de wasstraat heeft het over mensen in de bijstand, mensen met een Wajong-status, een vluchtelingenachtergrond, een migratieachtergrond; dat is natuurlijk wel wat het allemaal behelst. Het is een verschrikkelijke term, maar het is wel een duidelijke term en een goed begrip dat alles omvat.

We willen allemaal dat mensen met een beperking een goede plek krijgen in de samenleving, en volwaardig mee kunnen doen. Maar het lukt nog onvoldoende. Dat moeten we doorbreken, juist ook door het te benoemen."

Wat moet er veranderen op de arbeidsmarkt voor mensen met een beperking?

"De mensen in De Wasstraat hebben nog een redelijk niveau, maar je hebt ook mensen die veel meer intensieve begeleiding nodig hebben. Bijvoorbeeld de mensen die op de sociale werkplaatsen werkten. Die zijn helemaal dichtgegooid, en daarvoor in de plaats zegt de Participatiewet: er moet nieuw beschut werk komen. De gemeente moet dat faciliteren en organiseren.

Je ziet dat die nieuwe beschutte werkplaatsen maar heel slecht op gang komen. Daardoor hebben mensen die voorheen op de sociale werkplaatsen werkten nu opeens helemaal geen werk meer. Ze zijn helemaal niet meer in beeld bij de gemeente of bij andere instanties. Dat is een enorm kwalijke zaak. Ik maak me daarom ernstig zorgen over de mensen met een ernstige zorgvraag.

Mijn credo is altijd: speciaal waar het moet en regulier waar het kan. Dat moeten we veel meer zien. Ik gun iedereen met een beperking een omgeving zoals in De Wasstraat. Daar wordt gekeken naar talenten van mensen met een beperking. Ze hebben een werkplek waar ze zich gewaardeerd voelen, waar ze waardige arbeid verrichten en daarmee dus ook goede dagbesteding hebben."

Welk effect heeft de coronacrisis op mensen met een beperking?

"Ik zie dat er door de coronacrisis nieuwe kansen ontstaan voor mensen met een beperking. We zijn gewend geraakt aan videobellen en thuiswerken. Voor mensen met een mobiliteitsprobleem lost dat veel op. Daarnaast kun je makkelijker je eigen dagdelen inplannen. Mensen die een energieprobleem hebben, of die snel overprikkeld raken, kunnen veel meer vanuit huis doen en daardoor meer deelnemen.

Ik zeg er wel bij dat je er een balans in moet vinden. Het kan ook niet zo zijn dat mensen met een beperking allemaal thuisblijven en dat de rest dan weer allemaal de hort op gaat. Maar als je die balans goed uitvoert dan geeft het echt wel kansen.

Met het team van de minister van Gehandicaptenzaken hebben we een bijdrage kunnen leveren aan de coronacrisis. In de eerste lockdown moesten we nog veel aandacht vragen voor mensen met een beperking. Zoals het uitnodigen van een gebarentolk bij de persconferenties. Ik heb daarvoor het laatste zetje gegeven, er was al een lobby gaande voor een gebarentolk bij crisissituaties sinds de tramramp in Utrecht.

Wanneer ik een brief stuurde naar de kamer, gebeurde daar echt wat mee. Ik hoorde Kamerleden in een debat zeggen: de minister van Gehandicaptenzaken zegt dit of dat. Ik heb een zoommeeting met de minister-president gehad om te vertellen wat er speelt in het leven van mensen met een beperking. Ik heb zelfs met prinses Laurentien en koningin Maxima gesproken, dat vind ik wel heel erg tof."

Voor deze boekenrubriek vroegen we je een boek aan te raden die iedereen zou moeten lezen. Je raadde Licht in de Tunnel aan van de onlangs overleden Marc de Hond.

"Omdat het boek iets zegt over veerkracht en doorzettingsvermogen. Het boek laat zien dat je met een handicap ook heel normaal in het leven kan staan. Ik heb Marc de Hond een paar keer ontmoet, en als je dan dit leest dan kun je alleen maar respect voor hem hebben. Wat hij met zijn gezin doorgemaakt heeft is zo aangrijpend.

Als je een beperking hebt zal je een keer vallen en weer moeten opstaan. Dat herken ik. Maar de keren dat ik ben gevallen was dat lang niet zo hard als dat hij heeft meegemaakt. Met als dieptepunt dat hij vorig jaar aan kanker is overleden. Maar het doorzetten ondanks alles, het doorgaan, ambities hebben, dat herken ik heel erg."

Welke momenten waren voor jou het zwaarst?

"Ik ben een keer geopereerd aan mijn rechterbovenarm, en toen ik in de revalidatie zat brak ik mijn andere arm ook. Het was buiten 35 graden, ik zat met twee armen in het gips en moest koffiedrinken door een rietje – wat enorm smerig is. Toen dacht ik wel: Het is nou eens een keer klaar. Maar dat was wel echt het enige moment. 

Ik ben grootgebracht in een gezin waar altijd werd gekeken naar wat ik wel kon. De rolstoel is een hulpmiddel, die brengt je van A naar B. Wees er maar blij mee. Zo heb ik altijd mijn leven doorlopen en zo is mijn opvoeding geweest. Natuurlijk had ik weleens een operatie of brak ik een arm of een been, maar bij mij ging alles wel snel bergopwaarts."

Waarom wil je het boek van Marc de Hond aanraden?

"Zijn boek Marc kan houvast bieden aan mensen. De drive en de missie die Marc had, deelde ik met hem. Marc streed tegen beeldvorming, daarover sprak hij ook in een reportage bij EenVandaag waar wij allebei inzitten.

Als je zo’n drive hebt en zo veel tegenslagen hebt meegemaakt maar elke keer licht blijft zien aan het einde van de tunnel, dat is natuurlijk fantastisch."

Dit is ook interessant