Het is een drama, die monogamie, stelt columnist Simone van Saarloos in een essay waarvan een uittreksel vorige week gepubliceerd werd op de website van ‘De Correspondent’.

Ze schrijft: ‘Graag roep ik de eeuwige single in het leven. Dat heeft niets met eeuwig alleen-zijn te maken; het is vooral een ontsnapping aan de monogame een-op-een-relatiestructuur die haar eigen spelkarakter vergeet. Door die open te breken, kan er ruimte ontstaan voor meerdere, gevarieerde verbindingen: multi-intimiteit.’

Hartstochtelijke reacties
In haar betoog staat een opvatting over de liefde centraal. En als het om de liefde gaat, dan zijn de lezers van dit blog in de regel als de kippen bij. Bij ‘Gawie Weet Raad’ op Facebook waren de reacties dan ook hartstochtelijk. Een kleine greep:

Ach, ze beweert hetzelfde als m’n moeder 40 jaar geleden. Die kwam er snel van terug. Wacht maar tot Simone 35 is en 2 kinders heeft.

Neem maar van mij aan dat het niet werkt. Hier spreekt een ervaringsdeskundige.’

 ‘Ik vind dit aanstellerij, gebaseerd op een blijkbaar totaal gebrek aan ervaring met echte, verpletterende, alles overheersende liefde. Als je zo over Eros spreekt, maak je er juist wél een commodity van.’

Jaloezie
Kort samengevat komt het erop neer dat de meeste lezers zich niet kunnen vinden in Van Saarloos’ argumentatie. Hoe komt dat?

 Ik vermoed dat het antwoord iets te maken heeft met het element ‘jaloezie’. Hierover schrijft van Saarloos: ‘Verdedigers van de monogamie beroepen zich vaak op bezitsdrang en jaloezie: “Wanneer je verliefd bent, wil je gewoon niet anders”.

Kan het zijn dat een bepaald soort liefde, noem het de Grote Romantische Liefde, bestaat bij de gratie van het groene monster van de jaloezie? En dat hieruit volgt dat deze liefde per definitie monogaam is?

 Neem Othello, hier gespeeld door Orson Welles in zijn film uit 1952.

Grote Romantische Liefde
Othello heeft vele fouten: hij is zelfingenomen, misschien zelfs een man die constant in angst voor vrouwelijke seksualiteit leeft. Maar een ding staat vast: hij is verliefd en die liefde verzwelgt hem. (Wat ook al de reden is: angst, onzekerheid, verlangen.)

Othello doodt Desdemona, en voordat hij zichzelf om het leven brengt vraagt hij dat we hem niet moeten veroordelen. Immers, hij is een man die in zijn liefde voor haar ‘onverstandig’ was, iemand die ‘te goed’ heeft liefgehad.

Voor Othello was ‘de derde’ in de relatie, Cassio, onverteerbaar.

Een drama, inderdaad, die monogamie. Maar ‘Othello’ suggereert dat ‘multi-intimiteit’ eveneens tragisch afloopt. Misschien kom dat doordat jaloezie inherent en latent deel is van de Grote Romantische Liefde, ook al ontkent Othello in zijn finale speech dat hij jaloers was (een gebrek aan zelfkennis).

Wie zichzelf op de liefde stort, doet dat als mens, met eigen beperkingen, angsten en neuroses. Ik zie weinig plaats hierin voor het element ‘spel’ waar Van Saarloos op wijst. De Grote Romantische Liefde is geen spelletje, ze is dodelijke ernst.